Jarno de Vries

Kattenbakken zijn er in verschillende soorten en maten. Maar wat ga je kiezen en waarom nu juist deze? En hoe groot moet deze zijn? En wat voor vulling doe je erin, want ook hier is de keuze erg ruim.

Open of gesloten kattenbak

Om te beginnen heb je open en gesloten kattenbakken. Een open kattenbak vindt de kat het fijnste, deze hebben geen deksel of deur en de kat voelt zich niet snel opgesloten op deze manier. Maar een open kattenbak is niet heel fijn als deze bijvoorbeeld in de woonkamer staat, want verspreid veel geur als de kat zijn of haar behoefte daar in doet. Een gesloten kattenbak heeft een deksel en deur, deze is dus goed afgesloten. Bovendien heeft een gesloten bak een koolstoffilter en neutraliseerd hij de geur daardoor zullen geuren niet heel snel in de woonkamer hangen. Ook zijn kattenbakken in verschillende groottes te verkrijgen, deze is ook afhankelijk van de grootte van de kat en wat het dier het fijnste vindt. 

Kattenbakvulling

Vulling voor de kattenbak is er ook in veel verschillende vormen. Klontvormend of juist niet. Heel fijn gruis of juist grove korrels. Hele dure vulling of juist heel goedkope. Belangrijkste is dat de kat het fijn vindt aan de poten, wanneer het dier het niet fijn vindt dan kan de kat zelfs onzindelijk worden. Katten hebben het liefst fijn, zandachtig grind want dit is het fijnste voor de pootjes. Er is zelfs kattenbakvulling in grove houtkorrels maar vaak vinden katten dit niet fijn. Ook geuren, zoals lavendel, vinden katten vaak niet fijn. Al deze geuren zijn misleidend voor de eigenaar om de kattenbakvulling te kopen. 

Klontvormend is vaak handig omdat je in een keer de urine eruit kan scheppen. Maar vaak moet je hiermee uitkijken wanneer je kittens hebt. Deze willen dit nog al eens opeten met alle gevolgen van dien. 

Een laag van 5-7 centimeter aan kattenbakvulling is voldoende voor in de kattenbak. 

En het milieu?

Kattenbakvulling wordt volgens Milieu Centraal verdeeld in twee groepen: vulling van hernieuwbare grondstoffen (houtkorrels, papier, stro, maïs) en minerale vulling (o.a. bentoniet, silicagel en calciumsilicaatkorrels). Op de verpakking moet staan van welke grondstoffen de kattenbakvulling is gemaakt.  

Vulling van hernieuwbare grondstoffen leveren op het gebied van winning, transport en de afvalverwerking de gunstigste milieuscores op. Voor minerale vulling worden kleigronden afgegraven en daarmee kan natuurgebied vernield worden. Het transport is bovendien milieubelastend en de korrels kunnen niet in milieuverbrandingsovens.

Waar moet de kattenbak staan?

De kattenbak moet op een plek staan waar de kat makkelijk bij kan, maar wel waar de kat wat privacy heeft. Zet de kattenbak ook niet neer op een hele warme plek, waar bijvoorbeeld de zon op schijnt of tegen de verwarming. Wanneer je een groot huis hebt met verschillende verdiepingen, is het raadzaam om meerdere kattenbakken weg te zetten.

Schoonmaken

Raadzaam is om elke dag de kattenbak schoon te maken. Dit om stank, stof en bacterievorming tegen te gaan. Het beste kun je met een schepje de vieze vulling eruit scheppen. Ook heb je speciale zakken die je eerst in de kattenbak kan leggen alvorens je de vulling erin doet. Op deze manier hou je de bak ook goed schoon en kun je alles in een keer eruit halen en zit het direct in een zak. 

Kortom een simpele kattenbak met vulling en toch heel wat zaken om rekening mee te houden!

Wat is niesziekte nu precies

Niesziekte bij katten is een virusaandoening en dus zeer besmettelijk.  De voorste luchtwegen, neus en keel, worden hierbij aangetast. De ziekte kan worden veroorzaakt door meerdere ziekteverwekkers (Calicivirus, Rhinotracheitusvirus (virus zoals een koortslip), Chlamydia). Wanneer meerdere infecties oorzaak zijn van de niesziekte, dan wordt dit een menginfectie genoemd. 

Door de vermindering van de weerstand van de virusinfectie, komt er vaak ook nog een bacteriële infectie overheen. Omdat de ogen in verbinding staan met neus en keel zie je ook vaak bij niesziekte erg vieze ogen, soms zelfs pussige uitvloeiing. 

Hoe krijgt een kat niesziekte

Het virus wordt overgedragen door direct contact met het slijmvlies, speeksel of oogvocht of via de lucht waar veel dieren op elkaar zitten, denk hierbij aan een cattery. Maar ook kan het virus worden overgedragen door vieze kleedjes en mandjes waar snot aan zit of via kleding. Vaak wordt ook gezien dat een poes en al haar kittens niesziekte hebben. In stressvolle situaties (verhuis, bevalling, show) kan het Rhinotracheitusvirus weer ziekteverwekkers uit gaan scheiden en kunnen katten ook weer terug besmet worden. 

Enten

Katten worden in Nederland standaard geënt tegen niesziekte. Maar soms zie je in vakantietijd dat de druk in een asiel zo hoog is dat er een uitbraak is. Bij katten die geënt zijn is het ziektebeeld minder erg. 

Verschijnselen

De verschijnselen van niesziekte zijn: ooguitvloeiing, niesen, benauwdheid, koorts, niet eten of willen drinken, neusuitvloeiing, blaasjes op de tong en kwijlen. Vooral jonge, oude en niet gevaccineerde katten kunnen erg ziek worden en er zelfs aan overlijden. Wanneer een behandeling te laat wordt ingezet kan het dier blijvende of steeds terugkerende problemen krijgen. Dit wordt chronische niesziekte genoemd. 

Behandeling

Niesziekte is een virus en in principe niet te behandelen, het moet vanzelf overgaan. Echter is het wel gewenst om de symptomen zoals bijvoorbeeld koorts te behandelen. Katten kunnen zelfs drager zijn van niesziekte en het zelf niet krijgen maar wél verspreiden. Wanneer er uit de neus en ogen pus komt is het aan te raden om antibiotica te geven. Maar ga hiervoor altijd naar een dierenarts. Wacht nooit langer dan twee dagen met een niezende kat om naar een dierenarts te gaan. Soms moet een dier ook aan een infuus om uitdroging te voorkomen. Wanneer een kat met niesziekte op de juiste manier wordt behandeld, dan is de kans niet groot dat een dier er iets aan overhoudt. 

Het voorkomen van niesziekte

Niesziekte kan worden voorkomen of verminderd door de kat te enten tegen niesziekte en te houden aan het entschema voor kittens. Breng een kat niet naar een pension waar enten niet verplicht is, tegenwoordig stellen veel pensions een enting tegen Bordetella.

Een hond aanschaffen of puppy kopen is niet voor even maar voor het leven. Tijdens de coronacrisis worden er meer huisdieren gekocht dan normaal. Mensen voelen zich alleen en vinden het hebben van een huisdier gezellig. Maar hou goed in de gaten dat het thuiswerken niet voor eeuwig duurt en dat er een tijd komt dat we weer naar kantoor moeten gaan. De viervoeter neemt een plaats binnen het gezin en heeft dan ook de nodige verzorging nodig. Denk hierbij aan uitlaten, voeren en eventueel zelfs naar een kapper en een dierenarts. Kortom de verzorging van een hondje kost tijd, energie en geld. 

Soort hond

Als eerste is het belangrijk om te bedenken wat voor hondenras het beste binnen het gezin past. Een hond kost tijd, moet minimaal vier keer per dag worden uitgelaten, waarvan twee maal een langere wandeling. De ene hondensoort heeft meer beweging nodig dan de andere. Een hond moet twee maal per dag gevoerd worden en sommige hondenrassen moeten worden geborsteld of moeten zelfs naar een hondenkapster. 

Ruimte en plaats

Ook heeft een hond de nodige ruimte nodig. Wanneer mensen een kleine of zelfs geen tuin hebben moet er worden gekeken of er plaats is in de omgeving waar het dier kan rennen en spelen. Bijvoorbeeld in het bos of op de heide. Ook zijn er zelfs bij grotere steden speciale speelweides voor honden waar de dieren kunnen dollen met elkaar. 

Het gezin

Wanneer een hond gekocht wordt, moet daar iedereen binnen het gezin achter staan. Ook moet er voor aanschaf altijd gedacht worden aan eventueel allergieën. Raadzaam is om binnen het gezin af te spreken welke regels er voor de viervoeter gelden, zodat iedereen hetzelfde principe hanteerd (bijvoorbeeld niet of wel op de bank). 

Hondenschool

Raadzaam is om het dier, wanneer het jong is, goed te socialiseren en commando’s te leren. Eén maal per week naar een hondenschool die handvaten geeft om het dier alles goed te leren is dan ook erg raadzaam. Niets is zo vervelend als een hond niet luistert. En wanneer het dier ouder is zal het minder makkelijk leren. Ook kan er bij een hondenschool om advies worden gevraagd omtrent voeding en opvoeding. 

Stamboomhond of bastaard

Er bestaan meer dan 300 hondenrassen, elk ras heeft weer zijn eigen eigenschappen. Belangrijk is om je goed in te lezen en er achter te komen welk ras goed bij het gezin past. De FCI (Federation Cynologique International) is de internationale overkoepelende organisatie die verantwoordelijk is voor het erkennen van rassen en het uitgeven van stambomen. Stambomen die niet afkomstig zijn van de FCI worden dus ook niet in alle landen erkend. Binnen Nederland is de Raad van Beheer op Kynologisch gebied de nationale overkoepelende organisatie die FCI-stambomen mag uitgeven en het Nederlands Honden Stamboek (NHSB) bijhoudt. 
Ook als je geen rashond wilt aanschaffen maar een kruising hiervan is het raadzaam om te kijken wat de eigenschappen zijn van de kruising. Ook met vragen kun je terecht bij een dierenarts of hondenschool. 

Gezondheid

Bij aanschaf van een hond is het belangrijk om altijd naar de gezondheid te kijken. Sommige hondenrassen hebben bepaalde eigenschappen waardoor ze extra gevoelig zijn voor specifieke gezondheidsproblemen (heupproblemen, knieproblemen, oogproblemen). Rasverenigingen kunnen vaak meer vertellen over de aandoeningen die bij hun ras voorkomen en hebben doorgaans een fokregelement.

Chippen

Sinds 1 april 2013 is in Nederland een chip -en registratieverplichting voor honden ingevoerd. Elke hond die er vanaf die datum bijkomt moet een chip hebben en geregistreeerd zijn. Als eigenaar ben je verplicht die registratie up-to-date te houden! Wanneer je een hond koopt moet je binnen twee weken de hond op naam hebben gezet. 

Kosten

Tot slot niet te vergeten: de kosten. Hoeveel een hond kost is afhankelijk van het ras, wel of geen bastaard enzovoort. Ook de kosten van de benodigde materialen (voerbak, drinkbak, mand) kun je zelf zo duur maken als je wil. Hier is nogal wat keuze in. Voer is een belangrijk aspect, laat je hiervoor altijd goed adviseren bij een dierenspeciaalzaak of voedingsdeskundige. Denk ook bij aanschaf van een hond dat een dier ook ziek kan worden en dat dit weleens de nodige kosten met zich meebrengt als het dier naar een dierenarts moet. Hiervoor kunnen tegenwoordig verzekeringen voor worden afgesloten. Dit is ook belangrijk om te overwegen en de kosten tegen elkaar af te wegen. Denk ook aan de jaarlijks terugkerende kosten zoals verplichte entingen en onttworming. 

Een hondendrol, altijd vervelend wanneer je er met je schoen instapt. Maar een drol heeft heel wat te vertellen! Aan de vorm en vastigheid is al heel wat af te lezen. Je kan hieraan bijvoorbeeld zien of een hond ziek is of het dier de juiste voeding krijgt enzovoort.

De ideale drol

Als eerste een beschrijving van wat de ideale drol is. Wanneer deze op de grond valt breekt hij af. De drol heeft een wat donkere kleur en blijft een mooie vaste drol tijdens het neervallen en wanneer deze op de grond ligt. Hieraan kan ook al vaak worden afgeleid dat een hond het juiste voer krijgt wat bij het dier past. Wanneer een hond niet de juiste voeding krijgt zal een drol vaak lichter van kleur zijn en vaak platter. 

De grote drol

Wanneer een hond een mega grote drol weglegt, betekend dit vaak dat het dier of te veel aan voer krijgt of voer met een lage calorische waarden dat het dier de voeding niet kan verteren. 

De lichte drol

Een wat geelachtige drol dat er op wijst dat er veel granen in het voer van de hond zitten. De voeding past niet helemaal bij het dier. 

De dunne drol

Wat diarree kan dit zijn. Dit wijst erop dat de hond te veel voer of ander voer heeft gekregen. Ook is het mogelijk dat de viervoeter teveel beloningen heeft gehad. Tijdens warme dagen kan door teveel drinken van koud water ook diarree ontstaan. 

De vet-achtige drol

Bij voeding waarin verkeerde vetten zijn verwerkt kan de hond een witte kleiachtige drol krijgen.  Goede voermerken gebruiken vetten van hoogwaardige kwaliteit.

De keuteltjes drol

Wanneer een hond voer krijgt met te veel ruwe cestof erin, wordt de ontlasting te hard en zijn het geen drollen meer maar harde keuteltjes. Advies is om ander voer te geven met minder ruwe celstof. Ook het geven van lijnzaadolie of visolie helpt om de stoelgang te vergemakkelijken. 

Extreme platte poep

Wanneer de hond een bacterie of infectie heeft zal de ontlasting erg waterig zijn. Noodzaak is om direct naar de dierenarts te gaan, omdat het dier erg snel kan uitdrogen. 

 De bloederige drol

Dit kan heel veel betekenen, van een scherp object in het verteringsstelsel, wormen en parasieten, ontsteking van de dikke darm of tot zelfs kanker. Wanneer er bloed in de ontlasting zit is het raadzaam om met een mestmonster naar de dierenarts te gaan. Draag bij het nemen van een mestmonster zelf handschoenen dit om bijvoorbeeld besmetting van lintwormen tegen te gaan.